Flink koopkrachtverlies voor vrouwen na scheiding

Ondanks de toegenomen economische zelfstandigheid van vrouwen in het algemeen, leveren zij nog altijd meer in na echtscheiding dan mannen. Het CBS (Centraal Bureau voor de Statistiek) heeft hier voor de periode 2012-2014 onderzoek naar gedaan en meldt dat vrouwen na scheiding maar liefst een verlies aan koopkracht hadden van 25%! Een schokkend getal, en dat terwijl dit voor mannen slechts 0,2 was.

 

Daarnaast blijft de inkomenspositie na scheiding van mannen beter dan die van vrouwen. Doordat mannen vaak een hoger inkomen hebben treft het verlies aan inkomen vrouwen harder. Tevens gaat Degene waar de kinderen het overgrote deel verblijven er vaak na een echtscheiding op achteruit, terwijl de andere ouder er juist op vooruit gaat. Qua vermogen gaan mannen en vrouwen er ongeveer gemiddeld evenveel op achteruit, ongeveer 2/3. Wel hebben mannen na de echtscheiding twee keer zo vaak schulden. Dit is echter te verklaren door het feit dat mannen vaker de echtelijke woning overnemen dan vrouwen en derhalve met een hypotheekschuld blijven zitten.

 

Logischerwijs hadden de mannen en vrouwen die vrij snel met een andere partner gingen samenwonen, in de meeste gevallen met een stijging in koopkracht te maken.

 

Al met al is het verstandig om het bovenstaande in het achterhoofd te houden bij het regelen van de gevolgen van de echtscheiding. Zo ook bijvoorbeeld met het maken van een alimentatieberekening. Ondanks dat er geen regel bestaat dat partijen na scheiding in beginsel een gelijk besteedbaar inkomen behoren te hebben, is het in veel gevallen wel redelijk om hier aandacht aan te besteden. Mijns inziens is het, zeker als er kinderen bij betrokken zijn, niet redelijk als de ene partner veel meer “vrije ruimte” of “jus” overhoudt dan de ander.